De Eerste Kamer stemde dinsdag in met het afschaffen van de verhuurderheffing, de belasting op sociale huur. Een groot succes voor de Woonbond.

Huurders bieden de Tweede Kamer een oproep tegen de huurdersbelasting (verhuurderheffing) aan.

Na de invoering in 2013 was de Woonbond lange tijd de enige landelijke organisatie die zich verzette tegen deze belasting, die huurders op kosten joeg door hogere huren, en woningzoekenden opzadelde met langere wachttijden doordat de nieuwbouw door corporaties sterk afnam.

Groeiend verzet

Al bij de invoering van de heffing voerde de Woonbond actie. Dat bleven we doen. En steeds meer organisaties sloten zich daar bij aan, zoals Aedes, de FNV en de VNG. 

Uiteindelijk leidde al die druk tot een onderzoek van Aedes en drie ministeries waarin nog eens duidelijk werd dat de verhuurderheffing de maatschappelijke opgave van corporaties belemmerde. Voor de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen schreven bijna alle politieke partijen in hun programma dat de verhuurderheffing moest worden afgeschaft. Door de woonprotesten die volgden op de verkiezingen, bleef de druk op het afschaffen van de heffing hoog. 

Huurverlaging, verduurzaming en nieuwbouw

Vandaag is het dan eindelijk zo ver. De heffing is opgeheven. Na jarenlange inzet van de Woonbond, en vele anderen. En dat is goed nieuws voor huurders en woningzoekenden. De Woonbond maakte afspraken met het Rijk en corporaties over huurverlaging, verduurzaming en nieuwbouw in ruil voor de  afschaffing.

Goed nieuws huurders en woningzoekenden

510.000 hurende huishoudens krijgen huurverlaging van gemiddeld 57 euro. ook gaan corporaties vanaf 1 januari woningen isoleren zonder hier een huurverhoging voor te rekenen. Dat scheelt al gauw een huurverhoging van een paar tientjes per maand. En de huurder heeft dan ook nog het  voordeel van een lagere energierekening. Daarnaast gaan corporaties tot en met 2030 250.000 sociale huurwoningen en 50.000 ‘middenhuur’-woningen bijbouwen.