Huren en recht De Overlegwet bestaat 25 jaar. Drie voorzitters van huurdersorganisaties zouden de wet graag aanscherpen.

man houdt hand achter oor
Het ontbreekt de verhuurder nog wel eens aan een luisterend oor.Getty

De Wet op het overleg huurders verhuurder werd op 1 december 1998 van kracht. De acht jaren voor de geboorte werkte de Woonbond hard aan deze Overlegwet. Naast betaalbaar wonen was meer zeggenschap van huurders hét grote thema waarvoor de vereniging zich inzette. Het was een belangrijke wens van de toen net opgerichte Woonbond, vertelt toenmalig beleidsmedewerker René van Genugten in het nieuwe nummer van tijdschrift Huurpeil.

Adri Duivesteijn

Op initiatief van Adri Duivesteijn werd deze wens wet. Duivesteijn (eerst Woonbond-voorzitter, later PvdA-Kamerlid) noemde de Overlegwet in een terugblik op de lange conceptie ‘een verschrikkelijk compromis’. Maar zonder compromis was er helemaal geen wet geweest, wist Duijvestein. ‘En dat is waar het mij altijd om ging: er moest voor het eerst in de geschiedenis een wettelijke erkenning komen van het overleg tussen huurders en verhuurders.’

25 jaar later

Een kwart eeuw later zijn actieve huurders blij met de Overlegwet, die ze tegelijkertijd bekritiseren. Veel gaat goed, veel kan beter, zeggen de voorzitters van drie huurdersorganisaties in Huurpeil. ‘Het is goed dat wij als huurders desnoods met de Overlegwet onder de arm kunnen afdwingen dat er in ieder geval naar ons wordt geluisterd’, zegt John van Geel, voorzitter van de Huurdersvereniging Woonbelang in Maastricht.

Afdwingbaar

Wel zouden de afspraken tussen huurders en verhuurder beter afdwingbaar moeten zijn. Zeker in de vrije sector, constateert Ruud Rottier, voorzitter van de Huurdersbelangenvereniging Pisastaete in Den Bosch. De slechte vloerbedekking in de centrale gang herinnert hem er dagelijks aan hoe tergend langzaam zelfs de eenvoudigste afspraken worden nagekomen: ‘Overleg om het overleg leidt tot niets. Het doel moet zijn dat huurders goed wonen.’

Instemmingsrecht

Als de drie voorzitters van huurdersorganisaties een verlanglijstje voor de 25-jarige Overlegwet mochten maken? Dan staat uitbreiding van het instemmingsrecht op één, zegt voorzitter Mensina Wijma van de Verenigde Huurdersorganisatie De Boog in Hoorn. Zo wordt inspraak echt zeggenschap. Zelf zou Wijma graag meer te zeggen krijgen over de kwaliteit van nieuwe woningen. Daarnaast wil Van Geel instemmingsrecht bij sloopplannen en Rottier bij meerjarenonderhoudsplannen.

Bewonerscommissies

Ook vragen de voorzitters van de huurdersorganisaties aandacht voor de positie van bewonerscommissies. Terwijl deze commissies krachtens de Overlegwet veel dezelfde rechten hebben als huurdersorganisaties, is dat niet voor alle verhuurders even helder. Om zulke knelpunten in kaart te brengen, zal de Woonbond de wet in 2024 met de achterban evalueren. Daarna komt de Woonbond met verbeterpunten.