Verhuurders brengen vaak onterecht hoge ‘administratiekosten’ in rekening bij huurders. Dit leidt geregeld tot rechtszaken waardoor de jurisprudentie tegen deze praktijk steeds sterker wordt.
Een tiental huurders van Stichting Woonzorg voerde onlangs met succes een procedure bij de kantonrechter.
Twee euro administratiekosten
Stichting Woonzorg hanteerde een tarief van €75,- voor administratiekosten. De Amsterdamse bewonersondersteuners van WOON hebben tevergeefs meerdere pogingen ondernomen om Woonzorg de administratiekosten terug te laten betalen. Uiteindelijk zijn de huurders naar de rechter gestapt. Die oordeelde dat bijna alle in rekening gebrachte administratiekosten terug moesten worden betaald. Naast de kosten van het naamplaatje (€14,50), werd slechts een bedrag van €2,- aan administratiekosten redelijk bevonden.
Uitspraak Hoge Raad
In april 2012 sprak de Hoge Raad zich al uit over de hoogte van door de verhuurder of beheerder in rekening gebrachte administratie- of contractskosten bij het begin van de huur. Het arrest van de Hoge Raad stelt dat contractkosten of administratiekosten een zogeheten ‘niet redelijk voordeel’ voor de verhuurder zijn als de werkzaamheden alleen of vooral in het belang zijn van de verhuurder, zoals het bezichtigen van de woning, het verstrekken van een huurcontract, het maken van een opnamestaat en dergelijke. Daar mogen de huurder dus geen kosten voor in rekening worden gebracht. Met andere woorden, eventuele administratiekosten voor de huurder zijn alleen mogelijk voor werkzaamheden die uitsluitend in het belang van de huurder zijn. Hierbij valt te denken aan het genoemde naamplaatje en bijvoorbeeld schriftelijke informatie over de werking van installaties in het huis en andere voorzieningen.